
Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Koude bestaat 110 jaar
110 jaar geleden, op 23 september 1908, werd de Nederlandse Vereniging voor Koeltechniek (NVkK) opgericht. In 2008 kreeg de vereniging het predicaat ‘koninklijke’ en werd het KNVvK. In een serie artikelen besteden we deze week uitgebreid aandacht aan deze mijlpaal, te beginnen met een korte terugblik op de oprichtingsperiode.
De oprichting van de toenmalige NVvK (Nederlandse Vereniging voor Koeltechniek), op 23 september 1908, was een initiatief van Heike Kamerlingh Onnes. Hij werd de eerste voorzitter en hield die functie tot zijn dood in 1926. 1908 was ook het jaar waarin Kamerlingh Onnes het als eerste ter wereld lukte om helium vloeibaar te maken. Dat gebeurde bij -269 °C, waarmee zijn laboratorium destijds de koudste plek ter wereld was.

Van der Waals op bezoek bij Kamerlingh Onnes, die zijn theorie dat alle gassen bij een bepaalde temperatuur vloeibaar worden in de praktijk ging testen.
Van gas naar vloeibaar
Kamerlingh Onnes was hoogleraar experimentele natuurkunde aan de Universiteit Leiden en directeur van het Natuurkundig Laboratorium in diezelfde stad. In het koudelaboratorium hield hij zich bezig met het vloeibaar maken van gassen. Hij ging daarbij uit van de theorie van zijn tijdgenoot Johannes van der Waals, die stelde dat ieder gasvormig middel onder een bepaalde kritische temperatuur vloeibaar kon worden. Kamerling Onnes begon zijn onderzoek met het vloeibaar maken van lucht, waarna waterstof aan de beurt was. Toen een andere onderzoeker hem hierbij voor was, stapte hij over op helium. Dat betekende dat een nog lagere temperatuur moest worden bereikt (-269 °C in plaats van de -253 °C bij waterstof). Dat lukte op 10 juli 1908. Door de damp boven het vloeibare helium weg te pompen, daalde de temperatuur zelfs tot -272 °C.
Supergeleiding
Kamerlingh Onnes ging verder met onderzoeken en ontdekte in 1911 dat de elektrische weerstand bij zuivere metalen als kwik, tin en lood verdwijnt bij extreem lage temperaturen: supergeleiding. Om dit te bereiken, werden deze metalen gekoeld met vloeibaar helium. Voor zijn onderzoek naar de eigenschappen van materie bij lage temperaturen ontving hij in 1913 de Nobelprijs voor de Natuurkunde. De instrumenten die Kamerlingh Onnes voor zijn experimenten gebruikte, zijn nog altijd te bezichtigen in het Leidse Rijksmuseum Boerhaave.
Oprichting NVvK
Kamerlingh Onnes was niet alleen een begenadigd onderzoeker. Hij kon ook goed organiseren en was initiatiefrijk. Een van zijn initiatieven was de oprichting van de Nederlandse Vereniging voor Koeltechniek (NVvK), later omgedoopt tot Koninklijke Vereniging voor Koude (KNVvK). Tot zijn dood in 1926 zou Kamerlingh Onnes de (eerste) voorzitter van de NVvK blijven. Na de oprichting van de vereniging wehttp://www.knvvk.nl/rd ook de doelstelling vastgesteld. Die bestond – en bestaat – uit het bevorderen van de ontwikkeling van de koeltechniek door het bevorderen van onderzoek en het verspreiden van informatie. Een ander belangrijk besluit van de vereniging was het uitgeven van een periodiek, dat twee keer per jaar verscheen. Dit was de voorloper van het vakblad RCC Koude en Luchtbehandeling.

In de fabriek van GEA Grasso in Den Bosch, die in 1913 in gebruik werd genomen worden.
Van natuurijs naar koelmachine
In de periode rond de oprichting van de NVvK stond de mechanische koeling van levensmiddelen nog in de kinderschoenen. In de eeuwen hiervoor werden vlees en groenten voor het conserveren nog in putten, mijnschachten en ijshuizen en -kelders opgeslagen. Daar werden de versproducten met natuurlijk gevormde sneeuw- en ijsblokken koel gehouden. De eerste stappen richting mechanische koeling werden in de negentiende eeuw gezet; de eerste compressiekoelmachine werd in 1834 gepatenteerd. Vanaf 1879 werden koelmachines in Nederland geplaatst; eerst in bierbrouwerijen en daarna ook in margarinefabrieken.
Grasso
De eerste Nederlandse fabriek waar koelinstallaties werden gemaakt, was Grasso machinefabrieken in Den Bosch. Daar werden in 1894 de eerste koelinstallaties voor zuivelfabrieken gemaakt, waarna twee jaar later complete koel-, vries- en ijsinstallaties werden gebouwd. De koelmachines deden hierop hun intrede in bijvoorbeeld slachthuizen, schepen en fabrikanten van kaarsen. Rond 1900 werd er geen natuurijs voor koeling meer gebruikt.
> Leestip: De ‘Large Hadron Collider’-deeltjesversneller van CERN in Genève toonde een paar jaar geleden het bestaan van zogeheten ‘Higgs-deeltjes’ aan. Deze deeltjesversneller, die gebruikmaakt van vloeibare helium en supergeleiding, functioneert bij een extreem lage temperatuur. In dit artikel wordt uitgebreid ingegaan op deze toepassing van supergeleiding – in 1911 ontdekt door Kamerlingh Onnes.
Meer over 110 jaar KNVvK en het onderzoek van Kamerlingh Onnes
Deze week besteden we in verschillende artikelen aandacht aan de oprichting van de NVvK en het onderzoekswerk dat Kamerlingh Onnes 110 jaar geleden verrichtte. In een interview gaan de huidige voorzitter Peter Augustinus en verenigingsmanager Etty de Boer van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Koude in op de mijlpaal en de ontwikkelingen binnen de vereniging. In twee andere artikelen wordt ingegaan op cryogeen onderzoek dat voortborduurt op de experimenten waarmee Kamerlingh Onnes begin twintigste eeuw zijn grote doorbraak bewerkstelligde.