
Warmtepomp op propaan: ‘gewoon een koudemiddel dat prima prestaties levert’
Sinds kort levert koeltechnische groothandel ECR-Nederland een propaanwarmtepomp van het Italiaanse merk Euroklimat. De warmtepomp, genaamd Hera, is energiezuinig, gebruikt een koudemiddel met een zeer laag GWP en is eenvoudig te installeren. Toch roept hij vragen op, want een warmtepomp op propaan is nieuw, zowel voor installateurs als voor gebouweigenaren. “Ik begrijp dat heel goed, en wil graag een aantal vooroordelen wegnemen”, stelt Cor van Masbergen, technisch accountmanager bij ECR-Nederland.
Tekst: Tijdo van der Zee
De nieuwe warmtepomp in het assortiment van ECR trok een paar maanden geleden veel bekijks op de installatiebeurs VSK in Utrecht. De warmtepomp komt in negen verschillende verwarmingsvermogens, van 35 kW tot 188 kW bij nominale condities (7 °C buitentemperatuur en 40-45 °C water), en kan in een master/slave-configuratie van zes units worden geschakeld om tot een vermogen van 1,3 MW te komen. “Het gasloos maken van gebouwen is nu echt een hype. Dus komen veel koeltechnische installateurs naar ons toe die zeggen dat ze ook warmte moeten kunnen maken”, aldus Van Masbergen.
Eerste Nederlandse project
De warmtepomp werd vorig jaar al door Euroklimat gelanceerd in thuisland Italië. Europabreed is de nieuwe warmtepomp tot nu toe in 45 projecten toegepast, veelal bij supermarkten. Nu is de machine dus ook verkrijgbaar in Nederland. Afgelopen maand werd het eerste Nederlandse project opgeleverd, maar vanwege de coronacrisis was de opening helaas niet zo feestelijk als gepland.
‘Aanvulling op restwarmte
Dat eerste project in Nederland betrof een vernieuwde Albert Heijn XL in Nijmegen. Hier zorgt de warmtepomp sinds maart voor de verwarming van het supermarktgebouw, dat een oppervlakte heeft van ongeveer 3.300 m². “Dit is in aanvulling op de warmte die wordt teruggewonnen uit de koelingen”, zegt Van Masbergen. “Een ideale configuratie, omdat het weliswaar om lagetemperatuurverwarming gaat, maar er wél een groot vermogen benodigd is.” In combinatie met energiebesparende maatregelen zoals ledverlichting lukte het Albert Heijn om deze supermarkt van het aardgas af te halen.

De Hera-warmtepomp is verkrijgbaar in negen verschillende verwarmingsvermogens.
Omgebouwde chiller
De Hera-warmtepomp is een omgebouwde chiller – die ook al draaide op propaan – maar dan wel zo dat de warmtepomp primair bedoeld is om te verwarmen, en daarbij secundair ook kan koelen. “Aanpassingen ten opzichte van de chiller zijn onder meer het schuine condensorblok. Dit maakt het mogelijk dat deze component, als hij als verdamper werkt, tijdens het ontdooien het water goed af kan voeren. Verder zijn er vooral aanpassingen in de besturingstechniek. De machine regelt nu immers op basis van de warmtevraag”, zegt Van Masbergen.
Koudemiddelcircuit blijft buiten gebouw
De warmtepomp is een monobloc: het koudemiddelcircuit gaat niet het gebouw in, maar blijft in de machine op het dak. De warmte wordt daar overgedragen op een water/glycol-mengsel dat naar de afgiftesystemen wordt gedistribueerd. “De warmtepomp werkt het best met een lagetemperatuur-afgiftesysteem. Dat kan via het plafond, eventueel middels een fancoil, of via vloerverwarming, maar ook met LT-convectoren aan de wand. Bij fancoils ga je de concurrentie aan met directe-expansiesystemen.”
‘Beste rendement bij lage temperaturen’
In de woningbouw worden propaanwarmtepompen in de markt gezet als combiketelvervanger, omdat ze warm tapwater met hoge temperaturen kunnen maken. Toch is dat niet hoe ECR de propaanwarmtepomp aan de man wil brengen, zegt Van Masbergen: “Met propaan of bijvoorbeeld pentaan zijn hoge temperaturen te halen. Er wordt zelfs stoom geproduceerd met koelinstallaties. Maar deze warmtepomp is daar niet voor ontworpen. De beste rendementen worden gehaald bij lage temperaturen.”
Ontvlambaarheid als nadeel
Het natuurlijke koudemiddel propaan heeft met een GWP-waarde (Global Warming Potential) van 3 overduidelijk een groot voordeel ten opzichte van R134a (GWP: 1.480). Een nadeel is echter de ontvlambaarheid. Van Masbergen krijgt daar ook veel vragen van potentiële klanten over. Bij installateurs gaat het dan vaak over certificering en opleidingseisen, bij gebouweigenaren spelen verzekeringsvragen een rol. Van Masbergen: “Als ECR kunnen wij klanten goed adviseren over wet- en regelgeving, zoals de uitfasering van F-gassen of de norm EN 378 waarin het bijvoorbeeld gaat over de toegestane hoeveelheid koudemiddel in een installatie.”
Gedegen kennis nodig
Volgens de letter van de wet hoef je theoretisch gezien geen F-gassenerkenning te hebben om aan een propaanwarmtepomp te mogen werken, zegt Van Masbergen. Propaan is immers geen fluorhoudend gas. Maar dat is niet de manier waarop hij de materie wil aanvliegen. Installateurs dienen simpelweg gedegen kennis te hebben van het Nederlandse Warenwetbesluit, de Europese Richtlijn Drukapparatuur, de praktijkrichtlijn NPR7600, en de NEN1010.
Veilig werken beperkt risico’s
De unit die ECR biedt is niet volledig ATEX-gecertificeerd. Dit betekent dat hij niet mag worden geplaatst in een explosiegevaarlijke omgeving. Wel zijn bepaalde onderdelen van de unit ATEX-gecertificeerd. Belangrijk is dat de installateur zich ervan bewust is dat hij zelf niet voor explosiegevaar zorgt bij het installeren van de warmtepomp. Van Masbergen: “Mijn tip: ga eerst met je keuringsinstantie of notified body praten. Vraag ze wat je moet doen om vanuit je risicoanalyse propaan toe te kunnen passen, of bijvoorbeeld ammoniak. Dat is altijd de beste manier om te beginnen.” En dan is er naast kennis van regelgeving natuurlijk ook kennis nodig van het hydraulische circuit achter de warmtepomp. “Dat komt er natuurlijk bij als je warmte wil gaan leveren.”
Risico’s relativeren
Dan nog blijft de vraag staan of propaan gevaarlijk is. Van Masbergen: “Dat was op de VSK-beurs een terugkerende zorg. Het antwoord is: het is maar hoe je ermee omgaat. Als je op een veilige manier werkt is het niet gevaarlijk, en in de praktijk gebeuren er eigenlijk bijna geen ongelukken mee. Je moet wel bedenken dat er nog geen twintig kilo propaan in een installatie zit. Dat is dezelfde hoeveelheid waar mensen vrolijk mee op pad gaan met de caravan. Dat relativeert het misschien een beetje.”
Aandachtspunten voor de eindgebruiker
Bij toepassing van een warmtepomp op basis van propaan komen ook voor de eindgebruiker een paar zaken om de hoek kijken. Van Masbergen: “Bij machines met koudemiddel R410A zet je de installatie op het dak en klaar ben je. Maar als je als huurder met propaan wil gaan werken, is het verstandig om even met de eigenaar van het gebouw te overleggen over hoe het zit met bijvoorbeeld de verzekering.”
Propaan, ammoniak of CO₂?
De komende jaren gaan we met z’n allen op zoek naar vervangers voor chemische koudemiddelen met hoge GWP-waarden. Dat is een feit, maar Van Masbergen doet er geen uitspraak over of je als alternatief voor propaan moet kiezen, of voor ammoniak of CO₂. “Propaan is gewoon een koudemiddel dat prima prestaties levert, maar waarbij je wel rekening moet houden met een aantal randvoorwaarden. Zo heeft elk koudemiddel zijn voors en tegens. Je moet per project kijken naar wat de juiste oplossing is. Als ECR kunnen wij bij die keuze helpen.”
Gerelateerde artikelen over propaan als koudemiddel
- “Chillers met koudemiddel propaan als duurzaam alternatief”
- Rondgang: propaan, ammoniak, CO2 of een ander koudemiddel?
- Koudemiddelencongres op 21 september in Veenendaal
- René van Gerwen: ‘Duidelijke voorkeur voor natuurlijke koudemiddelen’
- Fraunhofer ontwikkelt propaanwarmtepomp met ‘bionische’ wisselaar